Noordelijke provincies versterken gezamenlijke aanpak voor deelmobiliteit

18 november kwamen betrokkenen uit de provincies Drenthe, Friesland en Groningen opnieuw samen om een volgende stap te zetten voor hun gezamenlijke aanpak op het gebied van deelmobiliteit. Het was de vierde keer dat deze ‘Noordelijke community’ bijeenkwam. Een terugblik op de sessie.  

Terugblik en verdieping: van ambitie naar resultaat 

Jacoline Beerepoot (programmatrekker vanuit de Provincie Groningen) opende de bijeenkomst met een terugblik op de inventarisaties en onderzoeken die eerder dit jaar zijn gedaan. Tijdens de vorige sessie op 11 juli is een stevige basis gelegd met het in kaart brengen van de behoeften en het commitment voor verschillende gebruikersgroepen: bewoners, bedrijven, bouw, bezoekers en beleid. Inmiddels zijn plannen, budgetten en een organisatorische structuur uitgewerkt. Het meerjarenprogramma van de drie Noordelijke provincies en de Regio Groningen Assen draait om drie hoofddoelen: 

  1. Verbetering van de bereikbaarheid in Noord-Nederland.  
  2. Vergroting van de leefbaarheid, met name in dorpen en kleine kernen.  
  3. Het stapsgewijs verhogen van de slagingskans van deelmobiliteitsinitiatieven. 

Deze bijeenkomst stond in het teken van verdieping: hoe vertalen we de gezamenlijke ambities naar concrete resultaten?  

Aanwezigen waren een mix van gemeentes, aanbieders, onderwijsinstellingen, adviesbureaus en netwerken zoals de Vereniging Groninger Dorpen. Han-Paul van Westing (Deesy): ‘Deze verscheidenheid laat goed zien dat het hebben van een gedeeld belang en brede betrokkenheid hard nodig is om deelmobiliteit succesvol te maken’.  

De 5G-ladder: van geen beleid naar resultaat 

Een van de centrale thema’s tijdens de bijeenkomst was de ondersteuning van gemeentes bij het ontwikkelen van werkend deelmobiliteitsbeleid. De werkgroep Beleid hanteert de zogeheten 5G-ladder: een groeimodel waarmee de 40 gemeentes stapsgewijs kunnen opschalen van geen beleid, naar gewenst, gestart, en uiteindelijk duurzaam geïntegreerd beleid.  

Daarnaast werden plannen gedeeld om het aanbod van deelmobiliteit in gemeentes te starten of om verder te laten groeien binnen verschillende gebruikersgroepen. Met deze gemeentes en netwerkpartners worden kansrijke locaties en initiatieven centraal ondersteund. Het doel? Een hoger slagingspercentage voor deelmobiliteitsprojecten. Momenteel slaagt 50% van de initiatieven en de ambitie is om dit percentage aanzienlijk te verhogen door betere ondersteuning vanuit de werkgroepen.  

Van plan naar praktijk 

De aanpak van de werkgroepen is erop gericht om gemeentes te ontzorgen en samen met lokale initiatieven sneller tot een concreet aanbod én positieve resultaten te komen. Dat doen zij onder meer door: 

  • Ondersteuning tijdens de initiatie fase: bij het maken en testen van plannen en door een begeleider aan te bieden voor ca. 18 maanden als een plan is goedgekeurd.  
  • Monitoring: projecten wordt tot twee jaar na de start nauw gevolgd om de slagingskans van projecten te vergroten. 
  • Tools en centrale kennisdeling: zo worden de (beleids)producten van Natuurlijk!Deelmobiliteit (bijv. Modelbepalingen en campagnematerialen) vertaald naar de context van gemeentes in de Noordelijke provincies.  

  

Nationaal perspectief: wat is er al bereikt? 

Maarten van Biezen, programmadirecteur van het Nationaal Programma Natuurlijk!Deelmobiliteit, gaf een presentatie over de bredere context, de ambities voor morgen en wat er vandaag al gerealiseerd wordt. Van Biezen is enthousiast over de vooruitstrevendheid in Noord-Nederland: ‘De gebundelde aanpak van deze drie provincies sluit naadloos aan bij de centrale thema’s binnen Natuurlijk!Deelmobiliteit. Ik ben ervan overtuigd dat als we samen optrekken, dit gaat leiden tot een grotere samenhang in beleid, efficiëntere inzet van capaciteit en middelen en meer perspectief voor de markt en de reiziger”, stelt hij. 

De volgende stap: kennisdeling op nationaal niveau 

De bijeenkomst sloot af met de blik naar voren. Begin 2025 zal de regio Noord-Nederland de uitwisseling met andere provincies intensiveren. Als trekker van de werkgroep landelijk gebied neemt Noord-Nederland hierin het voortouw. 

Wil je meer weten over deelmobiliteit in Noord-Nederland? De communicatie is in handen van Anita de Jager; a.dejager@groningenbereikbaar.nl 

 

 

 

 

 

 

Verwante Artikelen

Natuur & Milieu deelt inzichten en adviezen over deelmobiliteit

Natuur & Milieu en het Ministerie van IenW reiken al sinds 2016 jaarlijks Deelawards uit. Deze awards belonen gemeenten én dit jaar ook buurtinitiatieven die wezenlijk bijdragen aan duurzame, toegankelijke en innovatieve oplossingen die de groei van deelmobiliteit versnellen. Dit jaar vielen Utrecht, Nijmegen, Rijswijk en het Buurtinitiatief Elektrische Auto Haren in de prijzen. We vroegen Natuur & Milieu naar de opzet van het onderzoek en de belangrijkste bevindingen en adviezen uit het onderzoeksrapport.

Overheden versnellen gezamenlijk deelmobiliteit

Gemeenten, regio’s en het Rijk slaan de handen ineen om het aanbod en gebruik van deelauto’s en -tweewielers flink te laten groeien. Dat staat in het Programmaplan van het samenwerkingsprogramma Natuurlijk!Deelmobiliteit dat vandaag naar de Tweede Kamer is gestuurd als onderdeel van de Voortgangsbrief en ontwikkelingen deelmobiliteit. “Onze gezamenlijke ambitie is dat we in vijf jaar de basis leggen om in stad en land van deelmobiliteit een volwaardig en volgroeid onderdeel van het mobiliteitssysteem te maken”, zegt Programmadirecteur Maarten van Biezen.

Reacties

Ga naar de inhoud